Pagina's

maandag 12 juli 2010

Ruzies en gekibbel zijn niet in het landsbelang

Dat de sociale cohesie in de Nederlandse maatschappij volledig uiteen is gespat, is iedereen genoegzaam bekend. Steeds meer mensen hebben een steeds korter lontje en zijn daardoor sneller aangebrand. Gevolg is boosheid, arrogantie en roekeloos gedrag. Maar ook respectloosheid voor elkaar. Successen als de Lijst Pim Fortuyn, Trots op Nederland en de Partij voor de Vrijheid bewijzen dit. De afgelopen 10 jaar is de maatschappij steeds verder verdeeld geraakt en deze partijen sponnen of spinnen daar nog steeds garen bij. In de plaats van naast elkaar te staan, staan steeds vaker verschillende groepen in de samenleving tegenover elkaar. Geen schouder aan schouder meer, maar keiharde woorden en onbehouwen maar vooral onbeschoft gedrag naar elkaar. Niet meer aanhoren wat de ander te zeggen heeft, maar weglopen uit een discussie als je je gelijk niet krijgt. Desnoods dreigen met de dood om je gelijk alsnog te halen. Het is een soort onbehouwen en onbeschofte gedrag dat voor een steeds grotere tweespalt in de samenleving zorgt. Nederland is al lang niet meer dat respectvolle land waar alles kan en mag. Mensen kijken elkaar hier niet meer aan; eerder op elkaar neer. Jaloezie, maar vooral angst heerst. Er is spanning tussen bevolkingsgroepen; maar ook onderling in bevolkingsgroepen. Het vertrouwen in elkaar is weg; al wil de overheid internationaal uitstralen dat Nederland een verdraagzaam en tolerant land is. Maar dat is het al lang niet meer. Hoe gaan we dit probleem oplossen? En die oplossing is simpeler dan u misschien denkt. En de oplossing voor dit probleem ligt in Hollywood.

Als je de Nederlandse samenleving als één filmset ziet, dan heeft een filmset verschillende medewerkers. Er zijn acteurs, actrices, een cameraman, een geluidsman, een technicus, … enzovoorts, enzovoorts. Er zijn soms wel 100 mensen werkzaam aan één filmproject. De basis van een film is het filmscript, scenario of draaiboek. Dat draaiboek bepaalt hoe de film verloopt. Het doel van de film staat erin omschreven. Maar er is één persoon die al deze mensen naar dat uiteindelijke doel moet leiden. En dat is niet de producer van de film en ook niet de scenarioschrijver…. het is de regisseur. Die bepaalt uiteindelijk hoe het verhaal op film moet komen. Welke beelden zijn er nodig? Hoe komt de plot er uiteindelijk zo goed mogelijk uit? Waar in de film en vooral hoe doe ik dat? Hoe houd ik de bioscoopbezoeker zo lang mogelijk geboeid? Het zijn allemaal vragen die maar één persoon kan beantwoorden en dat is de regisseur.

Waarom zijn mensen als Steven Spielberg, James Cameron, Martin Scorsesse of Kathryn Bigelow zulke goede regisseurs? Omdat zij een visie hebben. Ze nemen de leiding op een filmset en weten acteurs en actrices zover te krijgen, dat die precies doen, wat zij willen. Bij het lezen van het scenario hebben zij het verhaal op hun netvlies en zij weten een groep van de soms wel 100 medewerkers die zo’n filmset telt, de juiste richting in te duwen. Op die manier ontstaat een dermate goede film op het witte doek, dat ze zich in de kijker spelen bij de commissie die de belangrijkste filmprijs, de Oscars uitreikt. En bovengenoemde regisseurs zijn Oscarwinnaars. De groep met 100 verschillende medewerkers heeft 100 verschillende soorten meningen. Maar de regisseur weet een eenheid te maken van al die 100 meningen. Dat is de kunst van leiderschap.

Leiding, visie, daadkracht is precies datgene waaraan het Nederland de laatste 8 jaar heeft ontbroken. Politiek gezien is Nederland een totale chaos geworden en dat heeft zijn weerslag gehad op de samenleving. Bij het constante gekibbel en de ongeïnteresseerdheid van de leider om iedereen weer in het gelid te krijgen, ontbrak regie. Geen regie vanuit de overheid betekent ook geen vertrouwen van de bevolking. En omdat er geen regie is, gaat die bevolking het heft in eigen hand nemen. Nederland heeft sinds het aantreden van het Kabinet Balkenende I eigenlijk alleen maar politiek gekibbel en geruzie gekend; partijen zowel links als rechts van het politieke spectrum staan lijnrecht tegenover elkaar. Meer dan ooit. Wat er ook moest worden besproken, het ontaardde altijd in politieke onenigheden en ruzie. Er was vaak respectloosheid bij ministers en staatssecretarissen onderling. Deze ruzies ontaardden 5 keer in de val van het Kabinet. Bijna Italiaanse praktijken; het volk mocht bijna ieder jaar opnieuw naar de stembus. Oorzaak: de leider van dat kabinet, dhr. Balkenende, nam geen leiding in discussies. Eigen belang en belang van de politieke partij waren belangrijker, dan het oplossen van het probleem van dat moment. Maar vaak liet hij de beslissing ook aan anderen over. Als Spielberg, Cameron, Scorsesse of Bigelow alle beslissingen aan anderen over zouden laten, zouden ze die Oscars nooit hebben gewonnen. Balkendende moet, net als eerder genoemde regisseurs, boven alle partijen moest staan en eenheid smeden. Met één mond spreken als één man naar buiten treden. Er zijn talloze voorbeelden te noemen, van de steun aan de oorlogen in Irak en Afghanistan, tot het debat over het ontslagrecht en de gekozen burgemeester. Steeds ontaardde het debat in ruzie, waarna er wéér een Kabinet Balkenende viel. Smakelijk voer voor het Nederlandse journaille; maar desastreus voor de besturing en daarmee de toekomst van het land. Ruzies en gekibbel zijn niet in het landsbelang. Om weer een parallel te trekken met Hollywood: de actiefilm Waterworld kende twee verschillende regisseurs na elkaar. Regisseur Kevin Kline kreeg ruzie met hoofdrolspeler Kevin Costner en verliet de filmset. Costner schoot de laatste scénes zelf. Gevolg; twee verschillende visies in één film en dus een slechte film. Uiteindelijk flopte Waterworld dan ook.

Een goed bestuurder neemt de leiding in een discussie. Natuurlijk worden daarbij allerlei afwegingen meegenomen, maar uiteindelijk beslist de leider en die leider neemt ook de verantwoordelijkheid. Het draaiboek waarmee Spielberg, Cameron, Scorsesse of Bigelow werken, heet in regeringstermen een regeerakkoord. Daarin staat de visie van het kabinet en op basis daarvan worden standpunten aangenomen of afgewezen. Dreigt er gekibbel of geruzie, dan moet de minister-president even vergeten van welke politieke kleur hij ook alweer was en de boel bij elkaar houden. De amokmakers moeten bij elkaar worden genomen, het probleem worden besproken en de groep gaat niet uit elkaar, vóórdat er een beslissing is genomen. Hoezeer daar ook beloftes aan kiezers of een partijprogramma aan ten grondslag ligt; het probleem moet uit de wereld worden geholpen en dat kan alleen maar, als de leider het voortouw neemt in de discussie en alle neuzen dezelfde kant op zet. En als er ook maar één neus de verkeerde kant op dreigt te gaan, dan moet die neus worden bijgestuurd. Dát kenmerkt een goed leider. Je zult als groep schouder aan schouder moeten staan en samen de problemen moeten oplossen. De minister-president staat aan het hoofd van die groep en dient een beslissing te nemen, waar iedereen mee kan leven. Daarbij neemt hij de volle verantwoordelijkheid voor die beslissing en gaat hij vóór, in het uitleggen van die beslissing aan de buitenwereld. Dát is de taak van een goed minister-president. Visie, daadkracht en leidinggeven. Erbij zijn. Ondernemen. Dát is in het landsbelang.

Niet ongeïnteresseerd toekijken hoe het volgende kabinet struikelt over weer een standpunt. Niet denken aan die ene leuke baan in Brussel, Washington of New York. En natuurlijk is het leuk als je mag flaneren op allerlei internationale topconferenties en met de groten der aarde aan tafel mag schuiven. Maar de president van Rusland in de armen vliegen is van ondergeschikt belang, als je thuishaven in brand staat. Solliciteren is dan van ondergeschikt belang. Jouw internationale politieke carrière is niet in het landsbelang. En jij bent in de eerste plaats op een democratische wijze gekozen om het landsbelang te dienen. Het volk wil daadkracht zien. Visie. Helderheid. Ook bij impopulaire maatregelen moet jij er als leider gewoon staan en uitleggen dat dit het beste is voor ons land omdat het jouw visie dient. En jouw visie behoor je als volksvertegenwoordiger steeds maar weer uit te leggen. Zonder dat je daarbij je verhaal steeds wijzigt of zonder dat anderen dat voor jou doen. Want dan krijg je een hele slechte film, waarbij de bioscopen leeg en de producenten heel erg ontevreden zullen blijven. Uiteindelijk zul je – net als regisseur Jan de Bont – op een zwarte lijst komen en zal niemand jou meer op de regiestoel willen laten plaatsnemen. En dat is wat Jan Peter Balkenende nu staat te gebeuren. Zijn droombaan ligt voorlopig niet meer in Brussel, Washington of New York. Hij zal zich opnieuw moeten bewijzen en moeten aantonen, dat hij wel leiding kan nemen in een probleemsituatie.

Mijn punt: Een goede speelfilm is niets zonder goede regie. Een fotocamera is niets zonder goede lens. Een fotocamera kan nog zulk technisch vernuft aan boord hebben; als de lens slecht is, zijn de foto’s ook slecht. Een waar leider ontdoet zich in noodsituaties van zijn politieke kleur en neemt alle partijen samen, om zo tot een oplossing te komen. En hoe de verkiezingen ná 9 juni ook uitpakken – Job Cohen of Mark Rutte –; de minister-president zal de leiding moeten nemen. Want als de politiek daadkracht en eenheid toont, dan zal de samenleving snel volgen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten