Gisteren, op Paaszaterdag, gingen in New York en op andere plaatsen in de VS de deuren dan eindelijk open voor de langverwachte iPad, een computer op A4-formaat met alleen een aanraakscherm. Het nieuwe verschijnsel heet 'tablet pc'. Er zit geen toetsenbord op, geen USB-aansluitingen en er is geen mogelijkheid om het apparaat uit te breiden. Bovendien heeft het apparaat maar een kleine interne harde schijf; 'slechts' 8 GB opslagruimte. En, zo menen deskundigen, met al deze nadelen is bijna 500 dollar voor zo'n apparaat wel erg veel geld. Toch wist computerfabrikant Apple de markt warm te krijgen voor het nieuwe apparaat, mede dankzij een uitgekiende en goed geregisseerde marketingcampagne, vooraf gegaan door een presentatie door Steve Jobs in San Francisco. Gisteren stonden de mensen weer in de rij. Al was die rij korter dan bij de introductie van de iPhone of de iBook. Tot ongenoegen van deskundigen en andere computerkenners was er toch een grote groep enthousiastelingen. Vele deskundigen vinden de iPad maar niks. Maar op één of andere manier heeft Steve Jobs het visioen dat hij precies weet welk apparaat de wereld morgen nodig heeft.
Is de iPad iets nieuws? Nee, niet echt. Het Japanse computerconcern NEC (Nippon Electic Company, niet te verwarren met de Nijmeegse voetbalclub NEC) introduceerde eind jaren '90 al een tablet PC, compleet met aanraakscherm en handschriftherkenning. Het Engelse bedrijf Psion deed dit nog even dunnetjes over. Maar waar NEC en Psion in faalden, was marketing. De apparaten van NEC en Psion waren hun tijd ver vooruit en beide bedrijven hadden de kans om Apple te verslaan. Want hun apparaten deden destijds precies hetzelfde als de iPad nu. Beide bedrijven claimden destijds dat hun producten faalden omdat de markt er nog niet rijp voor was. Onzin natuurlijk. De markt was er wel degelijk rijp voor.
Steve Jobs introduceerde de MacBook (notebook), de iBook (ultra dunne notebook), iPod (MP3-speler), iPhone (GSM telefoon) en nu de de iPad (tablet PC). Stuk voor stuk apparaten die werden geïntroduceerd op markten die al jaren beheerst werden door grote concurrenten van Apple. Nokia was ooit onbetwist de wereldmarktleider op het gebied van GSM-telefoons. Het Finse concern kreeg in Apple ineens een geduchte concurrent, toen het de iPhone op de markt bracht. Op de markt voor notebook PC's heersten het Taiwanese Acer en het Amerikaanse Hewlett-Packard. Ineens was daar Apple, die een wel erg dunne notebook op de markt bracht. Acer en HP lachten het initiatief uit; de ultradunne notebook van Apple had geen DVD-speler en miste een groot aaantal aansluitingen. En de iBook van Apple was niet uit te breiden (eigenlijk precies de kritiek die de iPad nu ook over zich geen krijgt). Maar de markt dacht daar anders over en kocht massaal de iBook, juist omdat het een plat en dus handzaam apparaat was geworden. Vandaag de dag hebben HP en Acer ook een ultra platte notebook in hun assortiment.
Apple voorziet met de introductie van de iPad namelijk dat in de toekomst er helemaal geen CD-schijfjes of USB-sticks meer nodig zijn. Programma's als een tekstverwerker, een rekenprogramma ('spreadsheet') of een presentatieprogramma kunnen in de nabije toekomst gewoon van het internet worden geplukt. Als het programma van het internet is geplukt, kan de gebruiker vervolgens de gewenste documenten maken en opslaan op de harde schijf van het apparaat zelf. Een apparaat als de iPad hoeft dus geen USB-aanlsuitingen te hebben of een extreem grote harde schijf. Want op die harde schijf komen alleen documenten te staan, video's en muziek. Dan heb je per definitie geen harde schijf nodig van 1 TB (1.000 gigabyte) of meer. In de zeer nabije toekomst zullen PC's geen muis meer hebben, maar een aanraakscherm Net als de iPad nu heeft. Spraakherkenning is de volgende stap. 3D aanraakschermen en identificatie van de gebruiker via GSM is dan nog toekomstmuziek. Maar Apple zal de eerste zijn, die met een dergelijk gewaagd product de gebruiker hiervoor warm laat lopen.
De iPad werkt dus gewoon niet zonder internetverbinding. En denk nou niet dat je dus alleen maar met het apparaat kunt werken op vliegvelden, treinstations of bij de McDonald's... In de jaren '80 hadden we in Nederland de introductie van de GSM: PTT Telecom (huidige KPN) introduceerde de Kermit, een mobiele handtelefoon waarmee je alleen kon bellen als je in de buurt van een antenne was. Zo'n antenne heette destijds een 'GreenPoint'. Die 'GreenPoints' stonden opgesteld bij postkantoren, treinstations, McDonald's restaurants of bij tankstations van Shell. Als je wilde bellen of gebeld wilde worden, moest je met je Kermit-telefoon daar naar toe. Tegenwoordig kun je vanuit elke uithoek in de wereld bellen en gebeld worden. Je hoeft er dus niet voor te duur te tanken bij Shell of zo'n vieze vette hamburger naar binnen te werken bij de McDonald's.
De makke van Apple is echter wel, dat het hele bedrijf van pl./min. 14.000 medewerkers afhankelijk is van wat één man doet. Wat Steve Job uitvindt, wordt op de markt gebracht. Steve Jobs heeft echter niet het eeuwige leven en zal niet eeuwig door kunnen blijven gaan met het bedenken van noviteiten. Half jaren '80 kreeg Jobs al ruzie met het toenmalige dagelijks bestuur van Apple en stapte (noodgedwongen) op. Het ging daarna alleen maar bergafwaarts met Apple. Het bedrijf bracht geen nieuwe producten meer op de markt en ging zowaar PC's verkopen met MicroSoft-producten erop. Jobs had MicroSoft ooit afgezworen. De zet om MicroSoft producten te installeren op Apple-computers werd bijna fataal voor het bedrijf. Door vast te houden aan eigen technologie, wist het bedrijf onder leiding van Jobs zich namelijk jaren lang te onderscheiden van de rest. Nu was een Apple-product een dertien-in-een-dozijn product geworden. De naam Apple stond niet meer voor 'exclusief'. Eind jaren '90 kwam Jobs terug aan het hoofd van Apple en introduceerde meteen een MP3-speler. Hoewel er betere MP3-spelers op de markt waren, maakte wereld binnen de kortste keren kennis met de iPod. Inmiddels is het apparaatje een verkoopsucces en hoewel er veel goedkopere MP3-spelers op de markt zijn (tot soms wel 50% goedkoper voor een net zo prima werkende MP3-speler van een concurrent), wordt de iPod nog steeds goed verkocht; elke 10 seconden wordt er ergens ter wereld een iPod verkocht. Een iPod kost al gauw EUR 139,-, terwijl een vergelijkbaar product van bijvoorbeeld Sony net iets meer dan de helft kost. Een radio-uitzending, die wordt opgenomen op MP3-formaat en vervolgens door de omroep op internet ter beschikking wordt gesteld aan luisteraars die de betreffende uitzending hebben gemist, heet een 'Podcast'. 'Podcasten' is een idee van voormalig radio DJ Adam Curry en is afgeleid van de iPod. Apple heeft het idee inmiddels (voor veel geld) van Curry overgenomen.
Binnen nu en een jaar krijgt iPad concurrentie. Samsung, Sony, Toshiba en Acer hebben al aangekondigd dat zij ook een tablet-pc op de markt gaan brengen. Hewlett-Packard heeft al een tablet PC in haar assortiment. Het is ontegenzeglijk zo dat de rest snel zal volgen. Het mooie aan Steve Jobs is echter, dan hij dan weer een nieuw apparaatje heeft gepresenteerd waarmee hij de computerwereld versteld zal doen staan. Steve Jobs moet gewoon even door de zure Apple heet bijten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten