Pagina's

zondag 25 oktober 2009

Balkenende-norm is nutteloos

Deze week kwam Obama met het plan om de salarissen van topmensen te bevriezen, zolang ze aan het financiële infuus van de overheid liggen. Geen bonussen, geen extraatjes in de vorm van aandelen en een maximum jaarsalaris van 500.000 dollar. Britse banken keerden deze week 6 miljard euro aan bonussen uit, omdat het weer zo goed gaat met ze. Nog geen jaar geleden stonden dezelfde banken hun handje op te houden bij de Britse belastingbetaler. Ook kwam deze week naar buiten dat luchtverkeersleiders meer verdienen dan de Balkenende-norm. Tot soms wel twee ton per jaar, tegen 180.000 euro van de Balkenende-norm. De discussie is eindeloos en eigenlijk de moeite niet meer waard. Het is ieder jaar weer raak in Nederland; Aan het begin van ieder jaar staat het hele land weer te steigeren, omdat de gegeven salarissen in de jaarverslagen te hoog zijn. De discussie begint in Januari, om te verstommen in November. Eenmaal weggeëbd, start het hele circus anderhalve maan later weer, in Januari.

Nederlandse voetbalclubs hebben grote moeite om goede spelers te betalen, omdat ze te weinig geld binnen krijgen. Ploegen als Ajax, PSV en Feyenoord boeken te weinig succes in Europese competities, omdat hun spelers net niet goed genoeg zijn. Ajax speelde 30 jaar lang een hoofdrol op de Europese velden. Maar de laatste tien jaar is daar de klad in gekomen. Feyenoord doet al jaren niet meer mee en PSV verliest ook steeds meer de aansluiting met de Europese topteams. Gevolg: Nederland moet kijken hoe voetbaldwergen als Oekraïne en Turkije links en rechts voorbij schieten. Die landen hebben blijkbaar wel geld om goede voetballers te betalen. De Eredivisie is verworden tot een Grieks drama, met een groot aantal clubs die aan het financiële infuus van de Overheid liggen.

Dezelfde Griekse tragedie speelt zich af in de directiekamer. Nederlandse bedrijven zijn steeds minder in staat om goede bestuurders binnen te halen. Deze mensen verdwijnen naar Duitsland, het Verenigd Koninkrijk of de VS. Daar woedt de discussie over hun loon veel minder. Hoe anders wordt er ook in de Scandinavische landen tegen (top)salarissen aangekeken. In Noorwegen, Zweden en Finland liggen de salarissen van iedereen - niet alleen topmensen - gewoon op straat is er eigenlijk niemand, die daar om maalt. In Nederland wordt elk loonstrookje onder een microscoop gelegd, om vervolgens een storm van kritiek te ondergaan. Dagen, weken, maanden wordt er schande van gesproken, zonder dat mensen het eigenlijk eens worden en zonder dat iemand eigenlijk nadenkt over de slagkracht van het bedrijf. Politici van links tot rechts doen in deze salarisdiscussie graag mee, uit angst dat ze kiezers verliezen als ze geen populistisch standpunt innemen. Niet alleen de linkse PvdA of SP beginnen in koor als een klein kind te krijsen als de jaarverslagen van de grote bedrijven openbaar worden gemaakt. Ook het CDA en de PVV doen lekker mee. Wordt de PVV daarmee links? Nee, hoor. Ze verliezen stemmers, als ze niet mee krijsen. In hun achterhoofd realiseren ze zich ook wel dat, wanneer ze eenmaal de politieke arena hebben verlaten, ze zó de directiekamer binnen rollen. En de werkzaamheden die ze dan gaan verrichten, gaan ze echt niet verrichten voor een Balkenende-loon.

De discussie over topsalarissen worden ver het algemeen vanuit een jaloers standpunt gevoerd en daardoor is zo’n discussie vaak volkomen nutteloos. Iedereen heeft de mond vol over de Balkenende-norm. Het is een norm; iets dat algemeen geaccepteerd is. Maar feitelijk staat nergens in de wet dat topmensen niet méér mogen verdienen dan de minister-president. Tot op heden zijn zelfs de linkse partijen er nog niet aan toe gekomen, om in de wet vast te leggen dat mensen in (semi) overheiddienst niet méér salaris morgen krijgen, dan het salaris van de minister-president. Als je dat nergens vast legt, dan blijf je topambtenaren houden die een miljoen euro of meer per jaar mee naar huis nemen, omroepmedewerkers die meer dan twee (soms zelfs drie) ton per jaar mee naar huis nemen en artsen die voor meer dan 400.000 euro op de loonlijst van een ziekenhuis staan. Je moet duidelijkheid scheppen, of ophouden met over salarissen te discussiëren. Het is goed dat je je als overheid zorgen maakt over deze immense salarissen, die met belastinggeld moeten worden voldaan. Maar je moet hierin als overheid duidelijkheid scheppen en een wet opstellen, waarin je (semi) overheidsinstellingen en bedrijven en instellingen die zwaar met overheidsgeld (dus met belastinggeld) worden gefinancierd, niet méér salaris mogen verdienen dan het salaris van de minister-president. Je zou in die wet dan wel een definitie moeten geven vanaf welk bedrag je de term “zwaar door de overheid gefinancierd” moet meegeven. Bijvoorbeeld wanneer een instelling meer dan 10.000 euro overheidssubsidie ontvangt, zou je al voorwaarden moeten stellen aan de salarishuishouding. Tevens zou je in die wet moeten vastleggen dat de loonstijging ook afhangt, van de stijging van het salaris van de minister-president. Dus ook de eerder genoemde voetbalclubs, die aan het infuus van de (lokale) overheid liggen, zouden hun spelers niet méér mogen betalen, dan het salaris van de minister-president. Omdat een voetballer in de Eredivisie nu al op de loonlijst staat met een gemiddelde van 350.000 euro per jaar, zullen voetbalclubs wel drie keer nadenken wanneer ze aankloppen voor steun bij de overheid. De Overheid zal zeggen:”Prima, dat je om steun vraagt. Maar dan pas je ook je salarissen maar aan!”. Zo ook bij commerciële organisaties die voor steun aankloppen bij de Overheid. Een organisatie of instelling die geen overheidssteun ontvangt, is natuurlijk vrij om zijn salarishuis zelf te bepalen.

Als je het vanuit het perspectief van de Balkenede-norm gaat bekijken, is de Balkenende-norm zelfs voor Balkenende te hoog. Een goed salaris hoort immers bij een goede leider. En Balkenende heeft zich de afgelopen jaren niet echt ontpopt als een prima regisseur. In belangrijke kwesties als de AOW, het redden van de economie of het herzien van het asielbeleid trekt hij zich terug achter de schermen. Balkenendes leiderschap ontbrak ook bij de koers van de LPF (waarna zijn eerste kabinet struikelde), de leiderschapsruzie binnen de VVD (waarna zijn tweede kabinet struikelde) en de gekozen burgemeesterskwestie van D'66 (waarna ook het derde kabinet de eindstreep bijna niet haalde). Balkenende weet ruzies in zijn kabinet niet te sussen, zoals zijn voorgangers Lubbers en Kok dat wel konden. Dat waren leiders; regisseurs. Zij konden de leiding nemen en sturing geven aan een groep kakelende ministers. Door het gebrek aan leiderschap, visie en regie hielden de kabinetten- Balkenende het gemiddeld één jaar met elkaar vol, waarna het struikelde. Dat het CDA nog steeds met ChristenUnie en de PvdA in de regering zit komt alleen maar, omdat er geen goed alternatief voor handen is. Balkenende laat anderen de ruzie uitvechten in de politieke arena, om vervolgens wel het succes voor zichzelf op te eisen. Van enig leiderschap is bij hem geen sprake. Balkenende is flets en blijft weg uit maatschappelijke discussies. Hij en zijn CDA hebben geen antwoord op het anti-Islambeleid van Geert Wilders en zijn PVV. Slechts één keer kruiste Balkenende eventjes de degens met Wilders, tijdens de Algemene Beschouwingen van 2008, om zich daarna heel snel terug te trekken. Hij laat zich leiden en vind alles goed, als hij maar leider kan blijven. Het is dus geen wonder, dat zijn naam rond zingt in de Europese wandelgangen. Dus als het hem aan zoveel visie, regie en/of leiderschap ontbreekt, dan is ook de Balkenende-norm zelfs voor Balkenende veel te hoog. Maar ik kan me de bij de buitenlandse topmensen inmiddels ontstane irritatie over al dat geld wel voorstellen. De salarisdiscussie wordt in Nederland vooral gevoerd vanuit een jaloers, annex populistisch perspectief, niet vanuit een sociaal-democratisch perspectief. Mensen die eerst van een hongerloontje moesten rondkomen en daarna een miljoenensalaris verdienen, hoor je ineens niet meer. Daarnaast hoeft het grote publiek niet te bepalen wat een topman voor loon krijgt. Dat bepaalt de directie en de aandeelhouders kunnen daar vervolgens over stemmen. Maar een aandeelhouder kan niet bepalen wat die commercieel medewerker binnendienst voor loon krijgt. Zijn macht is beperkt tot het bepalen van de lonen voor de top. En dan nog kan hij daar alleen nog maar over stemmen. Bedragen mogen niet worden genoemd.

Dat Obama bedrijven die overheidssteun hebben gekregen aan banden legt, is alleen maar toe te juichen. Het is iets dat Wouter Bos moet volgen. Als je steun van de Overheid vraagt, is er geen enkele reden om bonussen uit te keren. Bedrijven waarbij dat niet gebeurd, zijn vrij te bepalen wat hun topmensen maandelijks op hun rekening krijgen bijgeschreven. De salarisdiscussie moet niet maatschappelijk worden gevoerd, maar in de directiekamer, of op aandeelhoudersvergaderingen. Het mag niet zo zijn, dat topmensen Nederlandse bedrijven mijden vanwege de eeuwige jaloezie van de gewone man op straat. Betere topmensen maken het bedrijf slagvaardiger op de wereldmarkt. Daarnaast heeft een maatschappelijke discussie ook erg weinig nut; het volgende boekjaar wordt dezelfde discussie immers toch weer gevoerd en beginnen we weer van voren af aan.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten